Afgelopen maart schreef ik nog het stuk “Hou je bek!” over mijn stief-oma (of “bonus-oma”, zoals oud-schoolgenoot Angelique Kater als betere naam voorstelde), en hoe onwaardig zij soms behandeld werd in het verpleeghuis waar zij haar laatste jaren doorbracht. Ze had het zwaar, maar nu is er eindelijk een einde gekomen aan haar lijdensweg: afgelopen 3 augustus is zij overleden, of zoals zij zelf zou zeggen: door de poort van de dood gegaan. Ik heb een gedicht voor haar geschreven, dat ik graag bij haar uitvaart had voorgelezen, maar het was te kort van tevoren af, en paste niet meer in het programma. Daarom publiceer ik het hier nu.
Voor Lea Sorgdrager-Mather (1928 – 2023)
Vanaf dat je er was, was je alleen,
en hoezeer je hart ook smachtte naar geborgenheid:
je kreeg het niet, maar vond het daarentegen
onuitputtelijk in jezelf, om aan anderen te geven,
omdat jij ontbering als je lot las,
waaraan jij naastenliefde had te leren:
zo streng als je voor jezelf kon zijn
was je voor geen ander,
behalve voor wie te dichtbij de verborgen bron kwam
waar jij de smarten tot hoop herschiep.
Uit de tere vlinderslagen van de ziel,
en de onontkoombare slagen van het lot,
smeedde jij het smachtende mensenhart om
tot een dieprood schitterend geslepen granaat,
edelsteen van hoger bloed,
die mededogen voor al het andere insloot,
maar mededogen voor jezelf afhield.
Langs deze weg bewaarde je het evenwicht
tussen jezelf en de diepste liefde voor de aardewereld,
die jij aan je medemensen in je opnam,
en tot een gebed verhief
dat uit je ogen straalde
waar warmte van samenzijn werkelijkheid werd.
Een goede reis, lieve tante Lea!
Een gedachte over “Eindelijk in vrede heengegaan”
mooi tekst cadeau om te gaan hemelen…